De belastingdienst geeft antwoord op veelgestelde vragen over het gezamenlijk beheer van bankrekeningen binnen het gezin
De Directora General de Tributos (Belastingdienst) heeft officieel verduidelijkt dat het toevoegen van kinderen als mederekeninghouders van bankrekeningen geen schenking vormt voor belastingdoeleinden. Deze uitspraak, gepubliceerd op 8 april 2025, neemt een van de meest voorkomende twijfels weg bij gezinnen, vooral wanneer ouders op leeftijd komen en hun nakomelingen willen helpen bij het beheren van hun financiën.
Volgens de instantie die onder het ministerie van Financiën valt, houdt het louter toevoegen van een kind als rekeninghouder niet de overdracht van het eigendom van het gestorte geld in. Deze verduidelijking is van cruciaal belang voor miljoenen die voor deze formule hebben gekozen als praktische oplossing voor het beheer van hun spaargeld binnen het gezin, zonder zich bewust te zijn van de mogelijke fiscale gevolgen.
De uitspraak is gebaseerd op vaste jurisprudentie van het Hooggerechtshof, dat bepaalt dat gedeeld eigendom alleen operationele bevoegdheden ten opzichte van de bank verleent, maar geen invloed heeft op het werkelijke eigendom van de gelden, dat blijft berusten bij degene die ze heeft gegenereerd of oorspronkelijk heeft gestort.
Wat houdt het mede-eigendom van een bankrekening eigenlijk in?
Het document van de belastingdienst maakt een duidelijk onderscheid tussen beschikking en eigendom. Een mederekeninghouder kan transacties met het geld verrichten zolang de oorspronkelijke eigenaar in leven is, maar dit maakt hem niet de eigenaar van die gelden. De DGT legt uit dat “een bankrekening een deposito-overeenkomst is, waarbij de rechtsverhouding ontstaat tussen de deposant, de eigenaar van het gedeponeerde, en de depositaris [bank], een verhouding die niet wordt gewijzigd door het feit dat er meerdere rekeninghouders op die rekening staan”.
Deze verduidelijking heeft belangrijke praktische gevolgen. Zo hoeven kinderen die als mederekeninghouder zijn toegevoegd, deze gelden niet als schenking aangeven of er inkomstenbelasting over betalen. In de uitspraak wordt gespecificeerd dat “mederekeninghouderschap eenvoudigweg de beschikking over de gelden door een van de rekeninghouders inhoudt, zonder dat er sprake is van een gemeenschap van goederen, en zeker niet van een gemeenschap ten overuren, over het saldo”.
Wat gebeurt er wanneer de oorspronkelijke rekeninghouder overlijdt?
Een van de belangrijkste aspecten van de uitspraak heeft betrekking op wat er met het geld gebeurt na het overlijden van de oorspronkelijke rekeninghouder. In tegenstelling tot wat veel families denken, geeft het feit dat men als mederekeninghouder vermeld staat, geen automatische erfrechten op het geld.
De belastingdienst verduidelijkt dat, zodra de werkelijke eigenaar van het geld is overleden, het geld deel gaat uitmaken van zijn nalatenschap en wordt verdeeld onder al zijn wettelijke erfgenamen volgens de bepalingen in zijn testament of, bij gebreke daarvan, volgens de regels van de erfopvolging bij versterf. De mederechthebbende verkrijgt dus niet automatisch het eigendom van het geld door het feit dat hij op de rekening staat vermeld.
Gangbare bankpraktijken in gezinnen
Het is een wijdverbreide gewoonte om kinderen als mederekeninghouder op bankrekeningen te zetten, vooral bij ouderen. Volgens gegevens van de Banco heeft meer dan 40% van de rekeninghouders ouder dan 70 jaar een familielid als mederekeninghouder toegevoegd om het dagelijks beheer van hun financiën te vergemakkelijken.
Deze trend heeft voornamelijk praktische redenen: het vergemakkelijken van bankzaken namens hun ouders wanneer deze mobiliteitsproblemen of gezondheidsproblemen hebben, of gewoon als preventieve maatregel voor mogelijke toekomstige onbekwaamheid. Veel gezinnen waren echter tot nu toe niet op de hoogte van de exacte fiscale gevolgen van deze beslissing.
Wanneer kan het toevoegen van een mederekeninghouder als schenking worden beschouwd?
Hoewel de algemene regel is dat het toevoegen van een mederekeninghouder geen schenking vormt, zijn er specifieke situaties waarin de belastingdienst het tegendeel zou kunnen interpreteren. In de resolutie zelf wordt verduidelijkt dat dit niet “noodzakelijkerwijs” een schenking inhoudt, waardoor de mogelijkheid open blijft dat dit in bepaalde gevallen wel als zodanig kan worden beschouwd.
Als bijvoorbeeld kan worden aangetoond dat de nieuwe mederechthebbende met uitdrukkelijke toestemming van de oorspronkelijke rechthebbende over de middelen voor persoonlijk gebruik heeft beschikt, kan dit worden geïnterpreteerd als een daadwerkelijke schenking van het gebruikte geld. Ook als er documenten of bewijzen zijn waaruit de ondubbelzinnige wil van de oorspronkelijke rechthebbende blijkt om de eigendom van het geld over te dragen, kan dit voor fiscale doeleinden als een schenking worden beschouwd.
Welke alternatieven zijn er voor het beheer van het familievermogen?
Deskundigen op het gebied van vermogensplanning wijzen erop dat er alternatieven voor mede-eigendom bestaan die meer rechtszekerheid voor families kunnen bieden. Een van de belangrijkste daarvan zijn specifieke notariële volmachten voor bankzaken, waarmee kinderen namens hun ouders transacties kunnen verrichten zonder dat zij als mede-eigenaar hoeven te worden vermeld.
Andere opties zijn onder meer de bankmachtiging, die een derde machtigt om bepaalde transacties uit te voeren zonder dat deze derde eigenaar wordt, of de voorafgaande instructies inzake vermogensbeheer die kunnen worden opgenomen in documenten zoals het levenstestament. Deze alternatieven maken het mogelijk om de bevoegdheid tot beheer van het vermogen duidelijk te scheiden van de eigendom van de fondsen, waardoor mogelijke toekomstige conflicten worden voorkomen.